Wavin Nederland Blog

Regenwater is geen bedreiging maar een zeer nuttig product

Geschreven door BKroese | Mar 1, 2022 11:00:00 PM

‘We moeten ons water gebruiken - niet verbruiken’, zegt Wim Vandecauter van Wavin. ‘Het lijkt alsof er water in overvloed is, zeker bij ons, maar dat is een illusie. Wereldwijd is er maar 3 procent zoet water en een groot deel daarvan is onbereikbaar. Daarom mogen we regenwater niet zomaar naar zee laten stromen, maar moeten we er slim mee omgaan.’


De helft van de wereldbevolking leeft in steden en over minder dan dertig jaar zal dat volgens de Verenigde Naties zelfs twee derde zijn. Die demografische evolutie heeft een zichtbare impact: we verharden oppervlakte omdat we huizen, bedrijven, wegen en andere infrastructuur bouwen. Dat hindert de natuurlijke waterkringloop.  ‘Daarnaast is er ook de klimaatdruk. Steden moeten zich wapenen tegen extreme weersomstandigheden zoals lange periodes van droogte, afgewisseld met hevige regens’, vertelt Wim Vandecauter.

De landmeter van opleiding is gepassioneerd door water – ‘als kind deed ik niets liever dan met potjes water spelen’ – en is ondertussen Business Development manager EMEA bij Wavin: een van oorsprong Nederlands producent die wereldwijd innovatieve oplossingen levert voor de bouw en infrastructuur.

Daar adviseert hij over  werkbare systemen om regenwater optimaal te benutten. ‘Zodra regenwater in zee stroomt, duurt het erg lang voor het weer in je glas zit. Gelukkig worden de Europese, nationale, regionale en lokale overheden steeds bewuster van die uitdaging. En bij Wavin zijn we enorm innovatiegedreven zodat we steeds betere, vaak digitale oplossingen kunnen uitwerken. Daarmee leveren we ook een sociale bijdrage die onze producten en omzet overstijgt.’
Zodra regenwater in zee stroomt, duurt het erg lang voor het weer in je glas zit. Gelukkig worden overheden steeds bewuster van die uitdaging.
Wim Vandecauter , Business Development manager EMEA

Gebruiken, niet verbruiken

Vandecauter volgt de regelgeving nauwgezet en merkt veel bereidwilligheid. ‘Zeker na een aantal erg droge zomers en de juist erg natte zomer vorig jaar. Vlaanderen is er dan ook bijzonder slecht aan toe. We bengelen niet aan de staart, maar staan zelfs helemaal onderaan als het gaat over waterbeschikbaarheid. Dat heeft natuurlijk veel te maken met onze bevolkingsdichtheid: 14,5 procent van de oppervlakte is bebouwd, dubbel zoveel als het Europese gemiddelde. Vandaar het belang om water te gebruiken, niet te verbruiken. Zeker als het feller gaat regenen, lopen we het risico dat het water snel wegstroomt en dan raken onze grondwatertafels niet bijgevuld.’

Meer nog dan op innovatieve producten hamert Vandecauter op bewustwording. ‘We proberen overheden, bedrijven en burgers duidelijk te maken dat regenwater een product is, geen bedreiging waar je vanaf moet raken. Je kunt het slim gebruiken. Het komt erop neer dat je het water moet opvangen, afvoeren, stockeren en hergebruiken. Residentieel gaat het om laagwaardige toepassingen, denk bijvoorbeeld het toilet doorspoelen of je kleren wassen. Trouwens, daar staan we in Vlaanderen al erg ver in. We dienen als voorbeeld voor het buitenland.’

Ook op stedelijk niveau ziet Vandecauter interessante mogelijkheden. ‘In Hasselt vangen we regenwater op om bomen net zo veel water te geven als ze nodig hebben. En dan spreek ik niet over sierboompjes, maar grote bomen die de stad bovendien verkoelen. Ook in Parijs zie je dat het bestuur enorm fel inzet op vergroening. Dat zijn pioniers met een enorme uitstraling.’

Riolering als kathedralen

Tot slot wijst Vandecauter op de enorme mogelijkheden van industriële spelers. ‘Denk maar aan de loodsen van logistieke spelers. Die zijn vaak ettelijke vierkante meters groot. Je kunt er veel meer water opvangen dan je nodig hebt. Daarom bouwen we opvangtanks om overstromingen te vermijden en laten die geleidelijk leeglopen zodat het volledig in de grond kan infiltreren. Je hebt bovendien niet altijd ondergrondse infrastructuur nodig – de oude  rioleringen in steden zijn trouwens ware kathedralen – je zou bijvoorbeeld bij extreem hevige regenval je parking pakweg 2 centimeter onder water kunnen zetten.’

Volgens Vandecauter gaan we de goede kant op, maar de mindset moet bij velen nog rijpen. ‘Op macroschaal zou je steden kunnen helpen door bijvoorbeeld weilanden buiten de stad even onder water te zetten, dat is een kwestie van je infrastructuur slim gebruiken. Net zoals je het verkeer leidt, moet je ook je water managen. Met de digitalisering is dat geen enkel probleem en we beschikken in Vlaanderen over uitstekende knowhow. Je moet gewoon het patchwork van infrastructuur aan elkaar linken en het niet statisch maar dynamisch beheren.’